3 manieren om je gitaarritme op te fleuren

Inhoudsopgave:

Anonim

Matthew is een studiomuzikant uit Zuid-Texas. Naast originele opnames heeft hij de muziek verzorgd voor korte films en commercials.

De noten D, F# en A komen echter voor helemaal over de nek, niet alleen in de vijfde fretpositie. Dit wetende opent andere mogelijkheden om het akkoord uit te drukken.

Je zou het in de open positie kunnen spelen, met de open D-snaar, A-noot op de G-snaar, D-noot op de B-snaar en F# op de hoge E. (Figuur 2).

Of je kunt 14 spelen op de G, 15 op de B en 14 op de hoge E voor een hogere versie van hetzelfde akkoord. Het hangt ervan af voor welk geluid je gaat. (Figuur 4).

2. Weef melodieën in de akkoorden

Het steeds opnieuw spelen van dezelfde progressie tijdens een nummer kan snel oud worden. Zelfs met alternatieve intonaties wordt het herhalen van dezelfde akkoorden nog steeds muf. Wat te doen?

Welnu, een geweldige manier om iets nieuws toe te voegen, is door erin te weven melodieën tussen de akkoorden.

Van Spinditty

Dit kan op allerlei verschillende manieren. Laten we zeggen dat we een progressie spelen in de toonsoort D majeur bestaande uit D majeur, A majeur en G majeur in 4/4 maat.

Tokkel D voor één maat, A voor een andere maat en dan ten slotte G voor twee maten.

Alleen de akkoorden tokkelen klinkt vrij eenvoudig, dus laten we het opvrolijken met een eenvoudige melodie met noten van de D majeur toonladder. (Figuur 6).

3. Varieer met je tokkelpatronen

Het kan gemakkelijk zijn om voor een heel nummer in hetzelfde tokkelpatroon te vallen. Als het niet kapot is, waarom zou je het dan repareren? Het probleem is dat onze oren er niet om geven om steeds hetzelfde te horen.

Om dit te verhelpen, is het belangrijk om: variëren je tokkelpatronen. Als je vastzit in een patroon van omlaag, omlaag, omlaag, omhoog, omlaag, omhoog, probeer dan de derde tel over te slaan.

Het wordt dan omlaag, omlaag, pauze, omhoog, omlaag, omhoog. Zelfs een kleine variatie als deze kan dingen weer interessant laten klinken.

Een andere eenvoudige techniek is om niet bij elke slag alle snaren aan te slaan. Benadruk bij sommige hits de hogere snaren, bij andere de lagere. Misschien raakt u bij bepaalde slagen alleen een individuele snaar.

Ook hier komt dynamiek om de hoek kijken. Zachter tokkelen wanneer het nummer stil is en luider wanneer het een climax bereikt, is een must voor interessant spel.

Zachter tokkelen is ook aan te raden bij het back-uppen van solo's van anderen, omdat je niet te veel aandacht op jezelf vestigt.

Je kunt ook proberen de beats dat je aan het tokkelen bent. Probeer opwaartse slagen op de ongebruikelijke, overslaande beats en dubbele slagen op beats. Deze alternatieven zorgen ervoor dat je fris klinkt.

3 manieren om je gitaarritme op te fleuren